De 52-jarige president had de voormalige Sovjetrepubliek bij een referendum in april van een parlementaire naar een presidentiële republiek gebracht. Ook kreeg Japarov meer macht door een nieuwe grondwet. Nu kan hij beslissen over de samenstelling van de regering. Vroeger stelde het parlement de leden van de regering aan.

Nog voor het referendum plaatsvond, waarschuwden mensenrechtenactivisten dat de autoritaire structuren in het land zouden hersteld worden. De regio in Centraal-Azië is gekenmerkt door autoritaire presidentiële bestuursvormen. Buurlanden Kazachstan, Oezbekistan en Tadzjikistan worden sinds de val van de Sovjet-Unie zo met harde hand bestuurd. Het verarmde Kirgizië (ook wel Kirgistan) was de uitzondering: het enige land dat zichzelf tien jaar geleden omvormde tot een republiek met een sterk parlement na verschillende revoluties.

In het land vonden in oktober vorig jaar parlementsverkiezingen plaats, die werden gewonnen door de partijen die toenmalig president Sooronbaj Jeenbekov steunen. Na de afkondiging van die resultaten kwam het echter tot geweld en schermutselingen. De officiële verkiezingsresultaten werden betwist omdat er stemmen gekocht zouden zijn. Snel na de verkiezingsdag werd de stemming geannuleerd, maar dat kalmeerde het straatprotest niet – integendeel, president Jeenbekov zag zich genoodzaakt ontslag te nemen.

In de plaats werd de populist Sadyr Japarov waarnemend president. Zijn aanhangers hadden hem bij de protesten uit de gevangenis bevrijd. Hij was na zijn vrijlating al tot premier benoemd, en haalde niet veel later dus ook het interim-presidentschap binnen. Bij omstreden presidentsverkiezingen werd dat presidentschap dus bevestigd.

Japarov zat een lange gevangenisstraf uit wegens deelname aan de gijzeling van een regionale gouverneur. Een rechtbank annuleerde later zijn veroordeling.