© BELGA

Belgische outsiders maken zich geen begoochelingen: “Wout en Mathieu steken erbovenuit, zelf wereldkampioen worden is utopie”

Laurens Sweeck stond met een zilveren medaille dit jaar al op het podium van het BK en met brons op het EK, maar zondag hoopt hij om op het WK veldrijden zijn eerste mondiale podium bij de profs binnen te halen. En dat lijkt niet onrealistisch, na zijn eindwinst in de Wereldbeker en de goede vorm die hij al het hele seizoen etaleert.

Michiel VerheirstraetenBron: BELGA

Zijn beste resultaat op een WK is een vijfde plaats. Drie keer al finishte hij als vijfde maar daar hoopt hij zondag komaf mee te maken. “Maar eigenlijk moet niets meer dit seizoen”, vertelde hij op een persmoment van de Belgische ploeg. “Ik heb een paar mooie wedstrijden gewonnen en pak het eindklassement in de Wereldbeker. Het zou mooi zijn om nog een medaille te pakken, maar gemakkelijk wordt het niet.”

Want het niveauverschil tussen Sweeck en landgenoten Eli Iserbyt en Michael Vanthourenhout ligt dicht bij elkaar, en dan is er ook nog Lars van der Haar. “De snelheid zal hoog liggen op dit parcours. Het valt niet te vergelijken met de Wereldbeker. Het parcours is minder technisch en omdat het al een paar dagen droog is, valt het ook niet zo zwaar. Dus er zullen niet echt grote verschillen zijn. De vorm van de dag zal veel bepalen.”

Sweeck denkt niet aan de regenboogtrui. “Neen, Mathieu (van der Poel) en Wout (van Aert) steken er met kop en schouder bovenuit”, zegt hij. “Ik hoop op dat podium en dat zou al heel fijn zijn. Meer dan brons lijkt me moeilijk haalbaar, maar goed, de cross moet nog altijd gereden worden. De omloop is niet zo lastig,  alles ligt wellicht dicht bij elkaar. In Benidorm bleef alles lang samen en hoop je ook ergens, maar op het einde zie je dat ze dan toch nog het verschil kunnen maken.”

Het incident tussen Sweeck en Vanthourenhout van enkele weken terug zal niet meer spelen op dit WK in de Belgische selectie. “Voor ons is dat geklasseerd, de focus ligt nu op zondag”, eindigde de tweede van het BK in Lokeren.

Michael Vanthourenhout: “Seizoen is al geslaagd”

Michael Vanthourenhout greep vorig jaar naast een podiumplaats op het WK veldrijden in Fayetteville met een vierde stek. Wel stond hij in 2018 op het podium in Valkenburg met zilver. Ook nu droomt hij van een podiumplaats. Dat lijkt na zijn Belgische titel en Europese trui niet eens zo onrealistisch. “Het zou mooi zijn, maar niets moet”, stelt hij.

De West-Vlaming viel twee weken geleden nog ziek uit voor de cross in Benidorm, maar hij kon zich nadien goed voorbereiden op het WK. Hij was vorige week nog van de partij in de Flandriencross in Hamme, maar paste voor de wedstrijd in Besançon in functie van het WK. “Ik heb me goed kunnen voorbereiden op zondag. Maar wereldkampioen worden, dat lijkt me moeilijk. Om die twee te kloppen moeten echt alle puzzelstukken in elkaar vallen”, vertelde hij op een persmoment, verwijzend naar topfavorieten Wout van Aert en Mathieu van der Poel.

Voor Vanthourenhout moet niets na z’n twee titels al dit seizoen. “Drie truien pakken zou geweldig zijn. Maar ik denk niet dat dat zal gebeuren. Wout en Mathieu steken er toch nog wat bovenuit. Ik start zonder stress, maar ja, ik heb eigenlijk nooit stress, dat is dus nu voor dit WK niet anders. Ik trek met een rustig gevoel naar de wedstrijd van zondag.”

Wie van de kleppers is in het voordeel op dit parcours? Van Aert of Van der Poel? “Dat is moeilijk om te zeggen, het ligt zo dicht bij elkaar. Zondag zal het afhangen van individuele fouten en de vorm van de dag.”

Eli Iserbyt: “Meer dan een derde plaats zit er wellicht niet in”

Eli Iserbyt is realistisch in aanloop naar het WK van zondag. Ook hij ziet Wout van Aert en Mathieu van der Poel onbedreigd om de wereldtitel bikkelen. “Meer dan een derde plaats zit er wellicht niet in”, klinkt het.

Iserbyt behaalde vorig jaar z’n beste resultaat bij de profs op een WK. In Fayetteville sleepte hij een bronzen medaille uit de brand. Bij de jeugd wist hij wel al de regenboogtrui te veroveren. De West-Vlaming beseft dat goud zondag in Hoogerheide nagenoeg onmogelijk wordt. Sinds zijn zege in Baal is het blessureleed van de renner van Pauwels Sauzen-Bingoal achter de rug en kan hij opnieuw crossen zoals hij dat wil. Ook zondag wil dat doen.

“Maar of ik zondag kan winnen? Neen, dat denk ik niet”, luidde het op een persmoment van de Belgische ploeg. “Het valt niet te vergelijken met die keer toen ik hier won. Het parcours is toch wel stevig veranderd: minder technisch, de bochten zijn iets ‘ronder’ en minder ‘hoekig’. Je kan dat totaal niet vergelijken. En er staan twee toppers aan de start. Ik maak me geen illusies.”

Brons lijkt voor Iserbyt dus het hoogst haalbare. “Maar dat zou ook mooi zijn, want een podiumplek op een WK is altijd iets speciaals. Ik kijk er alleszins naar uit, de voorbije weken draaide het goed, het zou mooi zijn om een podium te halen, maar de verschillen tussen mij en andere jongens zoals Laurens (Sweeck) en Michael (Vanthourenhout) zijn niet groot.”

Vorig jaar ontbraken zowel Van Aert als Van der Poel. “Dat maakt natuurlijk een groot verschil in de wedstrijd”, zegt hij. “Vorig jaar was er wel kans op die regenboogtrui, nu zie ik weinig kansen. Alle andere jongens hopen op een podiumplek. Misschien blijft het op dit parcours lang samen, zoals in Benidorm, maar goed, als het dan tot een sprint komt, ben ik toch geklopt, dus dat maakt niet veel uit. Het is bijna een utopie voor mij om hier wereldkampioen te worden.”

© BELGA

Aangeboden door onze partners

LEES OOK

Hoofdpunten