Op 13 september 2020 voerde de politiezone Carma een drugsactie uit in Oudsbergen. Om 18.30 zagen de motards hoe een Mini Cooper de verkeerscontrole naderde, rechtsomkeer maakte en wegreed. Er volgde een dollemansrit met hoge snelheden doorheen de dorpskern. Een van de motards slaagde erin om uiteindelijk naast de Mini Cooper te rijden en oogcontact te maken met de bestuurster. “Hij wilde haar aanmanen om zich aan de kant te zetten”, sprak de raadsman van de politieagent. “Ze keek hem in de ogen en gaf een ruk aan haar stuur. Ze reed mijn cliënt, die 100 km/u reed, opzettelijk aan. Hij kon maar met veel moeite zijn motor rechthouden en is zo frontaal op een geparkeerde auto ingereden.”

Geen opzettelijke aanrijding

De vrouw – die zonder rijbewijs, verzekering en geldige keuring rondreed – stopte niet en zette haar vlucht verder zonder zich over de agent te bekommeren. “Enkele dagen later werd haar auto onder de carport bij haar ouders teruggevonden. De nummerplaten waren verwijderd en ze had er alles aan gedaan om de wagen te verbergen”, sprak de advocaat van het slachtoffer.

De politieagent had door de crash een gebroken voet en hand. “Lichamelijk is hij hier goed uitgekomen, maar mentaal heeft hij het zwaar onderschat”, aldus zijn advocaat.

De vrouw werd gearresteerd, maar ontkende in eerste instantie. Na haar verhoor gaf ze toch toe, al betwistte ze dat ze de aanrijding bewust heeft veroorzaakt: “Plots reed hij naast mij. Ik had hem niet gezien. Pas nadien vertelde de politie dat die agent gevallen was. Het was alleszins niet mijn intentie.”

Haar raadsman wijst ook op het feit dat de vrouw onder invloed was. “Heeft ze die aanrijding gevoeld? Normaal wel… maar ze was onder invloed. Dus heeft ze die agent dan bewust aangereden? Dat is de vraag. Zij blijft erbij van niet.”

Poging doodslag

De Tongerse rechter vindt dat gezien de omstandigheden en de schade ongeloofwaardig. “Ze heeft zich wetens en willen met geweld verzet”, luidt het vonnis.

De raadsman van de betrokken agent opperde de herkwalificatie: “Er wordt enkel gewapende weerspannigheid weerhouden, maar volgens ons gaat het om poging tot doodslag. Mijn cliënt vreesde voor zijn leven. Een herkwalificatie is hier op zijn plaatst.”

De rechter gaat daar niet op in. “Niettegenstaande dat de gevolgen potentieel dodelijk hadden kunnen zijn, blijkt niet dat beklaagde de intentie had om de inspecteur te doden”, oordeelde de rechter.

De vrouw kreeg een werkstraf van 300 uur opgelegd. Als ze die niet uitvoert, moet ze voor twee jaar naar de gevangenis. De inspecteur krijgt een schadevergoeding van 5.625 euro toegekend.