Opmerkelijk beeld in volle finale. Van Aert laat zich, in het gezelschap van Mathieu van der Poel en Tadej Pogacar, uitzakken naar de volgwagen van Jumbo-Visma. Een mecanicien komt uit het raam gekropen en lijkt de ketting te smeren van de latere winnaar.

Een ingreep die eigenlijk niet mag. Op sociale media verscheen al snel een screenshot van het UCI-reglement, waarin staat dat het rijdend smeren van een ketting niet is toegelaten tijdens de koers.

Mechanische hulp mag wel, als hij achteraan ‘zijn groep’ reed en dat was wel degelijk het geval. “Ik zat met een schakelprobleem”, aldus Van Aert over de zaak. “Daarom riep ik om de auto. Ik dacht dat ik misschien een tikje had gehad en dat de ketting daardoor niet meer mooi naar rechts viel. Om groter te schakelen dus. Dat probleem wilde ik niet hebben in de sprint.”

Fait divers

Het was de UCI-commissarissen wel niet ontgaan en er kwam een beraadslaging aan te pas. Daarop werd geconcludeerd dat de renner geen bijkomend voordeel haalde uit de handeling. De ingreep vond plaats achteraan de groep en Van Aert ging zelfs niet aan de wagen hangen. Vandaar werd de beslissing genomen om het als een fait divers te beschouwen.

“Ik zie dit in 100 koersen per jaar”, aldus ploegleider Arthur Van Dongen bij Cyclingnews. “Wout voelde zijn ketting kraken en riep daarom om de wagen. De jury maakte de juiste beslissing en… don’t kill cycling. Wout haalde hier geen enkel voordeel uit. Als we hem achter de wagen hadden teruggebracht, oké, maar dat was niet het geval. Er zijn veel regels, maar je moet vooral bekijken of een renner er voordeel uit haalt.”

Yves Lampaert (Soudal - Quick-Step) kreeg wel een boete aangesmeerd. Hij maakte gebruik van voetpaden, wegen of fietspaden die geen deel uitmaakten van het parcours. Kostprijs 500 Zwitserse frank of 505,2 euro en een vermindering van 25 punten in het UCI-klassement .